Er zijn nog geen producten in jouw winkelwagen geplaatst.
Product toegevoegd aan jouw offerte. Ga naar de offerte pagina om jouw offerte aan te vragen, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met je op.
Vinger Gods, wat zijt gij groot
Niet iedere dichtende dominee verdient het predikaat van domineedichter. Voorwaarde is, dat de predikant rond het midden van de vorige eeuw de kansel besteeg, een gezegende leeftijd bereikte, het heerlijk ver bracht (tot hoogleraar of gevierd hoofdstedelijk kanselredenaar) en over een al te rijk vloeiende dichtader beschikte. Er blijken vijf dichters aan deze criteria te voldoen: Beets, Hasebroek, Ter Haar, Ten Kate en Laurillard. Van Koetsveld, De Genestet en Piet Paaltjens horen niet in het rijtje thuis. De capaciteiten van de eerstgenoemde lagen voornamelijk in het prozaïsche vlak; De Genestet stierf jong en Paaltjens was een échte dichter.
`Vergood, verguisd, vergeten,' dat is het lot geweest van dit vijftal. En waarom zouden we het niet zo laten? Waarom zouden we Gods harpenaren nog wekken uit de vreugden van het graf die zij hun tijdgenoten zo vaak en zo aanschouwelijk schilderden? Dat moge zo zijn, toch zijn er een aantal redenen om weer aandacht voor hen te vragen. In de eerste plaats hebben ze een groot cultuur-historisch belang. Ze behoren tot de laatste generatie die op rijm in brede kringen werden gelezen. De protestantse burgerij dweepte met hen. De invloeden die hun gezangen
en tijdzangen daarop uitoefenden
is niet te onderschatten.
In de tweede plaats spelen ze een belangrijke rol in onze literatuurgeschiedenis, al was het alleen maar dat ze in alle opzichten anathema waren voor de Tachtigers. Ten slotte: hun voortbrengselen zijn niet geheel ontbloot van literaire waarde. Het huidige waardeoordeel berust eerder op de overvloed van hun middelmatige tot miserabele gedichten dan op het weinige goede dat ze soms wel degelijk schiepen. Vinger Gods wat zijt gij groot biedt een representatieve bloemlezing uit het werk van de weleerwaarden, voorafgegaan door hun biografie en een uitvoerig nawoord. Kortom, een ten onrechte vergeten stuk vaderlandse literatuurgeschiedenis, gegoten in een boek vol nostalgie, vol oud goud, vol wonderen van de negentiende eeuw!