Er zijn nog geen producten in jouw winkelwagen geplaatst.
Product toegevoegd aan jouw offerte. Ga naar de offerte pagina om jouw offerte aan te vragen, dan nemen wij zo spoedig mogelijk contact met je op.
Verzameld werk
zes delen in cassete
Het eerste deel van het Verzameld werk van Gerard Reve verscheen bij gelegenheid van de vijfenzeventigste verjaardag van deze grootmeester van het Nederlandse proza.
Het werk van Gerard Reve hoort zonder twijfel tot het belangrijkste dat de Nederlandse literatuur in de twintigste eeuw heeft voortgebracht. Niettemin is dit werk bij verschijnen vaak omstreden geweest.
Bij de verschijning van zijn debuutroman De Avonden in 1947 liepen voor- en tegenstanders te hoop. In De Avonden - als eerste bekroond met de Reina Prinsen Geerlings Prijs - herkende men de stem van de jonge naoorlogse generatie en niet iedereen was met de mentaliteit daarvan ingenomen. De roman bleek in staat duurzaam een nieuw publiek aan te spreken. Voor velen geldt het boek als de belangrijkste Nederlandse roman van deze eeuw.
Met De Ondergang Van De Familie Boslowits en Werther Nieland bevestigde Reve zijn positie als prozaschrijver. De in het Engels geschreven novelle Melancholia (1951) werd voorgedragen voor een reisbeurs; staatssecretaris Cals weigerde echter deze toe te kennen. In de volgende jaren verbleef Gerard Reve veel in Engeland. Hij publiceerde de bundel The Acrobat And Other Stories (1956). Vervolgens ging hij weer in het Nederlands schrijven. In 1961 verscheen de bundel Tien Vrolijke Verhalen en in 1962 het toneelstuk Commissaris Fennedy.
Het tweede deel van het Verzameld werk van Gerard Reve bevat de werken uit de periode 1963-1973. Het schrijverschap van Gerard Reve kreeg een nieuwe impuls door de ontwikkeling van het genre van de 'reisbrieven', zeer persoonlijke en vrijmoedige geschriften die in eerste instantie gericht waren tot de lezers van het tijdschrift Tirade.
In 1963 verscheen de bundel Op Weg Naar Het Einde. Zo mogelijk nog meer furore maakte de in 1966 verschenen bundel Nader Tot U. In Nader Tot U manifesteerde Reve zich ook als dichter met de 'Geestelijke Liederen' die achter in het boek werden opgenomen. Passages uit Nader Tot U en uit de Brief Aan Mijn Bank (gepubliceerd in het tijdschrift Dialoog) leidden tot een vervolging wegens vermeende godslastering, het zogenoemde Ezelproces, waaruit Reve als glansrijk winnaar te voorschijn kwam. De beschouwingen die Reve uitsprak tijdens dit proces zijn belangrijke getuigenissen van wat hem in religieus opzicht drijft. Een van Reves mooiste teksten - misschien wel de bekroning van de Greonterpse periode - is Veertien Etsen Van Frans Lodewijk Pannekoek Voor Arbeiders Verklaard, waarin de Kunst en de Alkohol een hoofdrol spelen.
In 1972 en 1973 verraste de schrijver - inmiddels bekroond met de P.C. Hooft-prijs - zijn publiek met De Taal Der Liefde en Lieve Jongens, sprookjesboeken voor de rijpere jeugd, waarin de vele mooie jongens en een echte koningin optreden. En alsof dat nog niet genoeg was, bracht het vruchtbare jaar 1973 ook nog de gedichtenbundel Het Zingend Hart.
Deel 3 bevat:
Een Circusjongen
Een Eigen Huis
Oud En Eenzaam
Moeder En Zoon
In 1975 verscheen de roman Een Circusjongen. We maken kennis met liefdesvriend Jakhals, met wie de schrijver mooie maar ook huiveringwekkende jeugdherinneringen uitwisselt. Onder andere over Wijnand Schoen, die hij ontmoette in een jeugdkamp: een mooie jongen, die dan ook gestraft moest worden. Tevens vertelt de schrijver over zijn poging om een doodskist te gaan kopen en maakt hij ons deelgenoot van zijn even opwindende als beschamende avonturen als vrachtwagenchauffeur.
Na De Taal Der Liefde en Lieve Jongens bereikt de omgang van de schrijver met de koningin in dit boek zijn hoogtepunt. Een Circusjongen is misschien wel Reves meest romantische werk.
Dichter bij de werkelijkheid staan de andere werken uit deze periode. Voor een deel zijn ze geïnspireerd door het verblijf van Gerard Reve in Zuid-Frankrijk, alwaar hij een woonhuis en een Geheim Landgoed in eigendom verwierf. De schetsen die hij publiceerde onder de titel Een Eigen Huis beschrijven het dagelijkse leven op het platteland. Reve heeft een scherp oog voor tekenende details.
In Oud En Eenzaam (1978) is het obsederende verhaal van de achtervolging van een jongen in de buurt van zijn huis in Frankrijk afgewisseld met herinneringen: schrijnende, maar schitterende verhalen over een verhouding met een Engelse actrice in de jaren vijftig en over een communistisch jeugdkamp.
In Moeder En Zoon (1980) beschrijft Reve zijn ontwikkelingsgang naar het rooms-katholicisme. Een onafwendbaar proces, hoewel het op gespannen voet stond met zijn opvoeding en het Amsterdamse milieu waarin hij verkeerde. Reve contrasteert zichzelf met een andere kandidaat-bekeerling, Onno Z. genoemd, in wie men een beroemde Nederlandse schrijver kan herkennen. 'Moeder En Zoon' is een sleuteltekst voor wie de religieuze schrijver Gerard Reve wil begrijpen.
Het vierde deel van het Verzameld werk van Gerard Reve bevat werken uit de periode 1981-1986.
Gerard Reve werd uitgenodigd het boekenweekgeschenk 1981 te schrijven. Het manuscript van De Vierde Man werd door de CPNB echter geweigerd, omdat de inhoud te controversieel zou zijn voor een groot publiek. Het leespubliek zelf dacht daar anders over. Het spannende verhaal over een schrijver die in Vlissingen verstrikt raakt in de netten van een mysterieuze weduwe trok vele lezers. Van het boek werd ook een alom bejubelde film gemaakt.
Eens te meer bracht Gerard Reve de critici in verwarring met de publicatie van het grote sprookjesboek Wolf (1983). Het behelst de avonturen van de eenzame dansjongen Wolf. Hij wordt opgelicht door de valse Broer en Zus, ontmoet de de zeejongen Vos en trekt met hem door het arme, maar toch ook weer zeer rijke Pauvranie. Ten slotte vindt Wolf het geluk in een tentje aan de rand van het bos. Voor velen is deze roman een cultboek geworden.
De novelle De Stille Vriend (1984) is weer een echt Reve-boek. Tijdens een uitzichtloos bezoek van een Baard uit het noorden des lands ontmoet de schrijver Speerman een jongen die in een viswinkel werkt. De kortstondige relatie met de zwijgzame jongen wordt gekenmerkt door weemoed en vergeefsheid. Aan het einde van het verhaal draagt Speerman zich op voor bijzondere wijze op aan de Glorierijke en Gezegende Maagd.
Zelf schrijver worden bevat de vier openbare voordrachten die Gerard Reve in 1985 hield in het kader van zijn 'lederopdracht' aan de Leidse Universiteit, waar hij als eerste gastschrijver optrad. Reve geeft even helder als indrukwekkend inzicht in zijn opvattingen over literatuur. Hij behandelt onder andere de relatie tussen kunst en religie en 'de vier zuilen van het proza', te weten conceptie, compositie, stijl en woordgebruik. Het is interessant een grootmeester in de stijl als Gerard Reve de effecten te zien uitzetten van diverse soorten woordgebruik. Aan het slot van zijn voordrachten verhandelt de auteur ook over de onontbeerlijkheid van cliche en kitsch.
In het Verzameld werk verschijnen de geschriften van Gerard Reve in hun definitieve vorm.
Het vijfde deel van het Verzameld Werk van Gerard Reve bevat werken uit de periode 1988-1998.
Deel 5 bevat:
Beorgde Ouders
Het Boek Van Violet En Dood
Het Hijgend Hert
In 1988 publiceerde Gerard Reve zijn meest lijvige roman, Bezorgde ouders, een hoogtepunt in zijn werk. De roman volgt een dag lang de schrijver Treger, die uit alle macht probeert een Wereldlied Voor Alle Mensen te schrijven. Zijn activiteiten, zijn overpeinzingen over katholieke dieren en jonge zwarte katholieke polities, zijn worsteling met de geilheid en de alcohol, het neemt alles schier mythische posities aan. Bezorgde ouders is een waardige pendant van de door Reve zeer bewonderde klassieke roman Under The Volcano van Malcom Lowry.
In 1996 verscheen eindelijk, onder een iets gewijzigde titel, het langaangekondigde werk Het Boek Van Violet En Dood. Enkele tientallen jaren voordien heette het dat dit boek alle andere boeken overbodig moest maken, op de bijbel en het telefoonboek na. Deze zeer ambitieuze doelstelling bereikte Gerard Reve uiteraard niet, maar dat dit werk vele andere boeken overbodig maakt en een van de belangrijkste boeken van de naoorlogse literatuur is, staat vast. Het verhaal gaat over het overlijden en de begrafenis van een buurjongen in Frankrijk. Daarin ingebed zijn weer allerlei fraaie verhalen en uitweidingen, waaronder de onvergetelijke beschrijving van een tocht naar Friesland in de Tweede Wereldoorlog.
Gerard Reves laatste roman, Het Hijgend Hert, verscheen in 1998. In het landschap van Werther Nieland situeert hij de lotgevallen van een landmeter die een onherbergzaam terrein met raadselachtige bebouwingen koopt. Sinds dit boek is de Nederlandse cultuur verrijkt met het concept van 'geordende droefheid'.
In het Verzameld Werk verschijnen de geschriften van Gerard Reve in hun definitieve vorm.
Het zesde en laatste deel van Verzameld werk van Gerard Reve bevat een ruime - door de auteur zelf gemaakte - keuze uit de verspreide publicaties van Reve en bestrijkt zijn gehele schrijverscarrière.
Opgenomen zijn onder andere:
de in eigen beheer uitgegeven dichtbundel Terugkeer (1940);
de sprookjes van Ik bak ze bruiner(1969);
Roomse Heisa (1985), Reves verslag van het bezoek aan de paus aan Nederland;
Het geheim Van Louis Couperus (1987), uitgesproken bij de presentatie van de verzamelde werken van Couperus;
Zondagmorgen Zonder Zorgen (1995), memoires-achtige verhalen.
Samen met de vele andere essays, gedichten, verhalen, lezingen en een zelfinterview geeft dit zesde deel een goed beeld van de ongelooflijke veelzijdigheid en het stilistische meesterschap van Gerard Reve, een van de grootste Nederlandse schrijvers van de 20e eeuw.
Het eerste deel van het Verzameld werk van Gerard Reve verscheen bij gelegenheid van de vijfenzeventigste verjaardag van deze grootmeester van het Nederlandse proza.
Het werk van Gerard Reve hoort zonder twijfel tot het belangrijkste dat de Nederlandse literatuur in de twintigste eeuw heeft voortgebracht. Niettemin is dit werk bij verschijnen vaak omstreden geweest.
Bij de verschijning van zijn debuutroman De Avonden in 1947 liepen voor- en tegenstanders te hoop. In De Avonden - als eerste bekroond met de Reina Prinsen Geerlings Prijs - herkende men de stem van de jonge naoorlogse generatie en niet iedereen was met de mentaliteit daarvan ingenomen. De roman bleek in staat duurzaam een nieuw publiek aan te spreken. Voor velen geldt het boek als de belangrijkste Nederlandse roman van deze eeuw.
Met De Ondergang Van De Familie Boslowits en Werther Nieland bevestigde Reve zijn positie als prozaschrijver. De in het Engels geschreven novelle Melancholia (1951) werd voorgedragen voor een reisbeurs; staatssecretaris Cals weigerde echter deze toe te kennen. In de volgende jaren verbleef Gerard Reve veel in Engeland. Hij publiceerde de bundel The Acrobat And Other Stories (1956). Vervolgens ging hij weer in het Nederlands schrijven. In 1961 verscheen de bundel Tien Vrolijke Verhalen en in 1962 het toneelstuk Commissaris Fennedy.
Het tweede deel van het Verzameld werk van Gerard Reve bevat de werken uit de periode 1963-1973. Het schrijverschap van Gerard Reve kreeg een nieuwe impuls door de ontwikkeling van het genre van de 'reisbrieven', zeer persoonlijke en vrijmoedige geschriften die in eerste instantie gericht waren tot de lezers van het tijdschrift Tirade.
In 1963 verscheen de bundel Op Weg Naar Het Einde. Zo mogelijk nog meer furore maakte de in 1966 verschenen bundel Nader Tot U. In Nader Tot U manifesteerde Reve zich ook als dichter met de 'Geestelijke Liederen' die achter in het boek werden opgenomen. Passages uit Nader Tot U en uit de Brief Aan Mijn Bank (gepubliceerd in het tijdschrift Dialoog) leidden tot een vervolging wegens vermeende godslastering, het zogenoemde Ezelproces, waaruit Reve als glansrijk winnaar te voorschijn kwam. De beschouwingen die Reve uitsprak tijdens dit proces zijn belangrijke getuigenissen van wat hem in religieus opzicht drijft. Een van Reves mooiste teksten - misschien wel de bekroning van de Greonterpse periode - is Veertien Etsen Van Frans Lodewijk Pannekoek Voor Arbeiders Verklaard, waarin de Kunst en de Alkohol een hoofdrol spelen.
In 1972 en 1973 verraste de schrijver - inmiddels bekroond met de P.C. Hooft-prijs - zijn publiek met De Taal Der Liefde en Lieve Jongens, sprookjesboeken voor de rijpere jeugd, waarin de vele mooie jongens en een echte koningin optreden. En alsof dat nog niet genoeg was, bracht het vruchtbare jaar 1973 ook nog de gedichtenbundel Het Zingend Hart.
Deel 3 bevat:
Een Circusjongen
Een Eigen Huis
Oud En Eenzaam
Moeder En Zoon
In 1975 verscheen de roman Een Circusjongen. We maken kennis met liefdesvriend Jakhals, met wie de schrijver mooie maar ook huiveringwekkende jeugdherinneringen uitwisselt. Onder andere over Wijnand Schoen, die hij ontmoette in een jeugdkamp: een mooie jongen, die dan ook gestraft moest worden. Tevens vertelt de schrijver over zijn poging om een doodskist te gaan kopen en maakt hij ons deelgenoot van zijn even opwindende als beschamende avonturen als vrachtwagenchauffeur.
Na De Taal Der Liefde en Lieve Jongens bereikt de omgang van de schrijver met de koningin in dit boek zijn hoogtepunt. Een Circusjongen is misschien wel Reves meest romantische werk.
Dichter bij de werkelijkheid staan de andere werken uit deze periode. Voor een deel zijn ze geïnspireerd door het verblijf van Gerard Reve in Zuid-Frankrijk, alwaar hij een woonhuis en een Geheim Landgoed in eigendom verwierf. De schetsen die hij publiceerde onder de titel Een Eigen Huis beschrijven het dagelijkse leven op het platteland. Reve heeft een scherp oog voor tekenende details.
In Oud En Eenzaam (1978) is het obsederende verhaal van de achtervolging van een jongen in de buurt van zijn huis in Frankrijk afgewisseld met herinneringen: schrijnende, maar schitterende verhalen over een verhouding met een Engelse actrice in de jaren vijftig en over een communistisch jeugdkamp.
In Moeder En Zoon (1980) beschrijft Reve zijn ontwikkelingsgang naar het rooms-katholicisme. Een onafwendbaar proces, hoewel het op gespannen voet stond met zijn opvoeding en het Amsterdamse milieu waarin hij verkeerde. Reve contrasteert zichzelf met een andere kandidaat-bekeerling, Onno Z. genoemd, in wie men een beroemde Nederlandse schrijver kan herkennen. 'Moeder En Zoon' is een sleuteltekst voor wie de religieuze schrijver Gerard Reve wil begrijpen.
Het vierde deel van het Verzameld werk van Gerard Reve bevat werken uit de periode 1981-1986.
Gerard Reve werd uitgenodigd het boekenweekgeschenk 1981 te schrijven. Het manuscript van De Vierde Man werd door de CPNB echter geweigerd, omdat de inhoud te controversieel zou zijn voor een groot publiek. Het leespubliek zelf dacht daar anders over. Het spannende verhaal over een schrijver die in Vlissingen verstrikt raakt in de netten van een mysterieuze weduwe trok vele lezers. Van het boek werd ook een alom bejubelde film gemaakt.
Eens te meer bracht Gerard Reve de critici in verwarring met de publicatie van het grote sprookjesboek Wolf (1983). Het behelst de avonturen van de eenzame dansjongen Wolf. Hij wordt opgelicht door de valse Broer en Zus, ontmoet de de zeejongen Vos en trekt met hem door het arme, maar toch ook weer zeer rijke Pauvranie. Ten slotte vindt Wolf het geluk in een tentje aan de rand van het bos. Voor velen is deze roman een cultboek geworden.
De novelle De Stille Vriend (1984) is weer een echt Reve-boek. Tijdens een uitzichtloos bezoek van een Baard uit het noorden des lands ontmoet de schrijver Speerman een jongen die in een viswinkel werkt. De kortstondige relatie met de zwijgzame jongen wordt gekenmerkt door weemoed en vergeefsheid. Aan het einde van het verhaal draagt Speerman zich op voor bijzondere wijze op aan de Glorierijke en Gezegende Maagd.
Zelf schrijver worden bevat de vier openbare voordrachten die Gerard Reve in 1985 hield in het kader van zijn 'lederopdracht' aan de Leidse Universiteit, waar hij als eerste gastschrijver optrad. Reve geeft even helder als indrukwekkend inzicht in zijn opvattingen over literatuur. Hij behandelt onder andere de relatie tussen kunst en religie en 'de vier zuilen van het proza', te weten conceptie, compositie, stijl en woordgebruik. Het is interessant een grootmeester in de stijl als Gerard Reve de effecten te zien uitzetten van diverse soorten woordgebruik. Aan het slot van zijn voordrachten verhandelt de auteur ook over de onontbeerlijkheid van cliche en kitsch.
In het Verzameld werk verschijnen de geschriften van Gerard Reve in hun definitieve vorm.
Het vijfde deel van het Verzameld Werk van Gerard Reve bevat werken uit de periode 1988-1998.
Deel 5 bevat:
Beorgde Ouders
Het Boek Van Violet En Dood
Het Hijgend Hert
In 1988 publiceerde Gerard Reve zijn meest lijvige roman, Bezorgde ouders, een hoogtepunt in zijn werk. De roman volgt een dag lang de schrijver Treger, die uit alle macht probeert een Wereldlied Voor Alle Mensen te schrijven. Zijn activiteiten, zijn overpeinzingen over katholieke dieren en jonge zwarte katholieke polities, zijn worsteling met de geilheid en de alcohol, het neemt alles schier mythische posities aan. Bezorgde ouders is een waardige pendant van de door Reve zeer bewonderde klassieke roman Under The Volcano van Malcom Lowry.
In 1996 verscheen eindelijk, onder een iets gewijzigde titel, het langaangekondigde werk Het Boek Van Violet En Dood. Enkele tientallen jaren voordien heette het dat dit boek alle andere boeken overbodig moest maken, op de bijbel en het telefoonboek na. Deze zeer ambitieuze doelstelling bereikte Gerard Reve uiteraard niet, maar dat dit werk vele andere boeken overbodig maakt en een van de belangrijkste boeken van de naoorlogse literatuur is, staat vast. Het verhaal gaat over het overlijden en de begrafenis van een buurjongen in Frankrijk. Daarin ingebed zijn weer allerlei fraaie verhalen en uitweidingen, waaronder de onvergetelijke beschrijving van een tocht naar Friesland in de Tweede Wereldoorlog.
Gerard Reves laatste roman, Het Hijgend Hert, verscheen in 1998. In het landschap van Werther Nieland situeert hij de lotgevallen van een landmeter die een onherbergzaam terrein met raadselachtige bebouwingen koopt. Sinds dit boek is de Nederlandse cultuur verrijkt met het concept van 'geordende droefheid'.
In het Verzameld Werk verschijnen de geschriften van Gerard Reve in hun definitieve vorm.
Het zesde en laatste deel van Verzameld werk van Gerard Reve bevat een ruime - door de auteur zelf gemaakte - keuze uit de verspreide publicaties van Reve en bestrijkt zijn gehele schrijverscarrière.
Opgenomen zijn onder andere:
de in eigen beheer uitgegeven dichtbundel Terugkeer (1940);
de sprookjes van Ik bak ze bruiner(1969);
Roomse Heisa (1985), Reves verslag van het bezoek aan de paus aan Nederland;
Het geheim Van Louis Couperus (1987), uitgesproken bij de presentatie van de verzamelde werken van Couperus;
Zondagmorgen Zonder Zorgen (1995), memoires-achtige verhalen.
Samen met de vele andere essays, gedichten, verhalen, lezingen en een zelfinterview geeft dit zesde deel een goed beeld van de ongelooflijke veelzijdigheid en het stilistische meesterschap van Gerard Reve, een van de grootste Nederlandse schrijvers van de 20e eeuw.