Tweederde van de wereldbevolking vecht wanhopig tegen de honger. Dit dreigt zelfs de grootste ramp in de geschiedenis van de mensheid te worden. De wereldconferentie te Uppsala (1968) zag zich geplaatst voor een uitdaging aan de `rijken' wat tot gevolg had, dat men tot verstrekkende consequenties voor de kerken en de christenheid kwam. Wil enen bereiken, dat deze niet enkel op papier blijven staan, dan moeten de kerken ingrijpende veranderingen bij zichzelf aanbrengen, en - of ze willen of niet - zich niet minder, maar meer met politiek en economie bezig houden.
Gollwitzer bespreekt in dit boek uitvoerig de uit de beraadslagingen en eisen van Uppsala naar voren gekomen consequenties voor de kerken en voor het hedendaagse christen-zijn. De eis om betere en doelmatiger ontwikkelingshulp zal ongetwijfeld weerstanden wekken waarmee rekening gehouden moet worden. Dat brengt hem ertoe voorop te stellen, dat de kerk de kritiek op het marxistische kapitalisme en de vraag naar socialisering niet langer kan negeren. Revolutie, demokratisering en socialisme worden thema's van de christelijke theologie en christelijke praktijk. De door de wereldhonger ontstane vragen vallen samen met de onrust van de jonge generatie. Gollwitzer werkt de consequenties van de conferentie van wereldkerken zo scherp uit, als nog niet eerder is geschied: hij provoceert en dwingt iedereen ertoe zijn standpunt ten opzichte van dc naaste in actuele politieke verantwoordelijkheid te bepalen.
De volgende extensies worden ondersteund: png, jpeg, jpg, gif, txt, csv, pdf, doc, docx, rtf, xls, xlsx, ppt, pptx, odt, ods, eps.