Er zijn nog geen producten in jouw winkelwagen geplaatst.
Product toegevoegd aan jouw offerte. Ga naar de offertepagina om jouw offerte aan te vragen. Wij nemen dan zo spoedig mogelijk contact met je op.
Improving care in paediatric asthma
Patients,prescriptions,pharmacoviglance,pathogens,and particles
Veel kinderen met astma krijgen te lage startdosis medicijnen
Kinderarts Tjalling de Vries onderzocht een aantal aspecten van de behandeling van astma bij kinderen. Hij concludeert onder andere dat ruim 40% van de kinderen met astma, eczeem of allergische rhinitis een te lage startdosering inhalatiecorticosteroïden (ICS) krijgt en dat veel kinderen niet behandeld worden volgens de beschikbare richtlijnen. Deze laatste conclusie volgt op zijn bevinding dat respectievelijk 2%, 3% en 0.7% van deze kinderen chronisch behandeld worden met corticosteroïden en dat deze getallen lager liggen dan verwacht op grond van eerder epidemiologisch onderzoek. Interventie via apotheken leidt tot een belangrijke verbetering van het voorschrijfgedrag.
Aan de hand van gegevens van het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb ontdekte De Vries dat ICS abnormale haargroei kan veroorzaken. Nadere analyse met WHO-gegevens bevestigt dit.
Omdat bij Lareb gedragsveranderingen relatief vaak waren gemeld, onderzocht De Vries of deze vaker voorkomen bij kinderen met ICS, in vergelijking met kinderen met KNO-problemen en gezonde kinderen. Dit blijkt niet zo te zijn.
Ook bepaalde De Vries de opbrengst van inhaleerbare ICS-deeltjes uit dosisaerosolen. Hij constateert dat tijdens het gebruik van de dosisaërosol met fluticasone 125 µg deze opbrengst duidelijk afnam. De gemiddelde deeltjesgrootte bleef echter gelijk en werd niet beïnvloed door gebruiksduur of vochtigheidsgraad. De dosisaerosolen van hydrofluoroalkaan beclomethasone en ciclesonide gaven de hoogste opbrengst aan inhaleerbare deeltjes.
Bovendien toont de kinderarts aan dat sommige ziekmakende bacteriën overleven in zogenaamde voorzetkamers, maar niet als deze van metaal waren gemaakt. Onderzoek van voorzetkamers van een groep poliklinisch behandelde kinderen laat zien dat in de praktijk weinig voorzetkamer besmet zijn met ziekmakende bacteriën.