Het begon zo eenvoudig.
Charlie Judd, de bekwaamste brandkastenkraker van New York verdwijnt na een mislukte inbraak bij Joseph ( Million Dollar Joe) Wieneck, en uit telefonische dreigementen, waardoor Jess Ford opdracht krijgt de man op te zoeken en hem tot rede te brengen.
Zo leek het, maar de dingen zijn anders dan zij schijnen en de Dood speelt een partij mee.
Toen Jess Ford bij het vermoorde lichaam van Bessie Saunders stond, ontdekte hij dat er iets uit de kamer verdwenen was, dat er enkele ogenblikken tevoren nog geweest was.... een pot paling in gelei.
Dit was het eerste spoor.
Waar Jess optreedt, kruisen steeds vrouwen zijn weg, mooie, begeerlijke en soms zonderlinge vrouwen. Soms zijn ze gul met hun liefde en soms....
Voordat hij met een zucht van verlichting de vruchten van zijn arbeid kan plukken, zijn er diverse doden gevallen, heeft zijn eigen leven enkele malen aan een zijden draad gehangen en heeft hij de ochtendschemering afgewacht in zachte vrouwenarmen. En op de achtergrond van dit alles stond de sinistere gedaante van een blinde bedelaar.
Een nieuwe Jess Ford-story, een nieuwe Stanley West.... dus een nieuwe sensatie, die de lezer in sneltreinvaart meevoert door de huizen der' zeer rijken, door politiebureaus, door het kille lijkenhuis waaruit een lichaam op onverklaarbare wijze is verdwenen, en door de armelijke behuizingen van Brooklyn.
En dat alles om het raadsel op te lossen. dat de lezer tot de laatste bladzijde in zijn greep houdt.