Schipbreuk op de Seychellen
De botsing kwam zo onverwacht dat hij viel. De brute stormloop van een wild dier. Een arm, gespierd als die van een catcher, rolde zich om zijn hals en kneep die samen, terwijl een andere op zijn nek drukte. Hij hoorde zijn wervels kraken. In een flits besefte hij dat hij maar een onderdeel van een seconde verwijderd was van de dood door een breuk van de halswervels. Zijn laatste samenhangende gedachte was het herkennen van de geur van een parfum op de arm die hem dreigde te wurgen: Cabochard. Met een bovenmenselijke krachtsinspanning bevrijdde hij gedeeltelijk zijn stembanden en schreeuwde: `Irja! Ik ben het, Malko!'
Direct ontspande de arm, die hem omklemde, zich. Het duurde enige ogenblikken voordat hij weer op adem kwam, met rode vlekken voor zijn ogen. Er ging een licht aan. Irja, slechts gekleed in een broekje van witte nylon, haar haar in de war, met donkere schaduwen onder haar ogen, keek hem aan met een mengeling van verwondering en woede.
Gérard de Villiers, wereldbekend en in tientallen talen vertaald heeft met zijn SAS (Son Altesse Sérérissime, Zijne Doorluchtigheid) Prins Malko Linge, de CIA-spion met de gouden ogen, een unieke held geschapen. Malko Linge neemt, om de reparaties aan zijn voorouderlijke kasteel te kunnen bekostigen voor veel geld de meest bizarre en gevaarlijke opdrachten aan en reist daarvoor naar alle brandhaarden in alle uithoeken van de wereld. De wilde avonturen worden beschreven met een forse hoeveelheid geweld, spanning en kleurrijke rariteiten en de lezer wordt vergast op een royale portie sappige, opwindende seks.